"Instagram is geen probleem, Itsme daarentegen...": één op de vier jongeren heeft moeite met online administratie

Een foto sturen via Snapchat of een dansvideo maken op TikTok, dat is een fluitje van een cent. Een belastingbrief online invullen of een bestand toevoegen aan een mail, dat is een ander paar mouwen. Een kwart van de jongeren tussen 16 en 24 jaar oud heeft moeite om zich wegwijs te maken in de digitale wereld, blijkt uit de jaarlijkse digimeter, een studie van Imec.

Een opvallend cijfer, want jongeren worden geacht een kei te zijn in het navigeren in de digitale wereld. Ze zijn tenslotte vaak opgegroeid met het internet. Kelly Vreys van Digidak, een organisatie die de digitale kloof wil verkleinen, is niet verbaasd. "We zien steeds meer jongvolwassen, jongeren en kinderen langskomen met allerhande digitale vragen", zegt ze in "Laat". 

Vreys geeft aan dat jongeren andere apps gebruiken dan degene die ze nodig hebben om administratie te doen, denk maar aan bijvoorbeeld Itsme om jezelf te identificeren op overheidswebsites. Sommige jongeren weten niet waarvoor je die app nodig hebt.

Niet ideaal want "er gaat geen dag voorbij dat wij als burger geen digitale toepassing nodig hebben om deel te nemen aan deze samenleving", stelt Kelly Vreys vast. Een digitale know-how is dus essentieel.

De afgelopen twee jaar heeft de digitale kloof, ondanks het vele digitale thuisonderwijs, niet verkleind. Soms zelfs integendeel, zegt Vreys." We merken wel dat die kinderen die al achterstand hadden er niet op zijn vooruit gegaan." Een gebrek aan materiaal is daarbij een struikelblok. "Denk maar aan gezinnen waar maar één toestel aanwezig is. Als mama of papa thuis moeten werken of drie kinderen moeten op hetzelfde moment thuisonderwijs volgen, dan moeten er prioriteiten worden gesteld", zegt Vreys. Het zijn vooral die jongeren die kwetsbaar zijn om digibeet te worden, stelt Vreys.

De overheid maakt zich de afgelopen jaren altijd sterk dat de digitalisering de toekomst is. Komt die dan in gedrang? Zo zwart-wit is het niet, stelt Vreys. "We moeten er ons van bewust zijn dat die jongeren meer begeleiding nodig zullen hebben om mee te gaan. Zo moet men in het onderwijs toch bepaalde kennis aan die jongeren mee geven om hen meer te tonen dan alleen de apps die ze in hun vrije tijd gebruiken", stelt Vreys voor. "Als de jongeren apps zoals Itsme niet kennen, dan gaan ze er ook niet mee experimenteren."

Digidak wil de digitale kloof verkleinen door ook zelf concreet aan de slag te gaan met mensen. "Mensen kunnen eenmalig of op lange termijn met digitale vragen bij ons terecht. Hoe moet ik een taak op Smartschool invullen? Of hoe voeg ik een bestand toe aan een mail?" Op dat soort vragen wil de organisatie dus antwoorden bieden.

Vreys wijst erop dat het vooral van belang is om niet alle verantwoordelijkheid voor de overdracht van digitale kennis bij het onderwijs te leggen. "Er moet gekeken worden naar wie wat doet. Anders kijkt iedereen weg en naar elkaar."